Loïs Dalou maakt werk dat eruit ziet alsof er uren geduld in zit. Breien, noemden mijn docenten dat vroeger op de kunstacademie: je begint ergens en tekent de hele pagina met de rust van een zenmeester vol. Loïs breit met wiebelige potloodlijnen.

Door Emma Ringelding

‘Mijn favoriete techniek is potlood. Dit gebruik ik vaak op een manier hoe je een fineliner zou gebruiken. Vervolgens teken ik hier graag allerlei onderdelen mee die ik inscan en vervolgens als een soort puzzel in elkaar zet in Photoshop.’

‘Ik ben heel goed in het mijzelf moeilijker maken dan eigenlijk nodig is. Soms begin ik met het tekenen van een structuur met een heleboel kleine lijnen of stippen waar ik uren mee bezig kan zijn. Halverwege dit proces haat ik nog weleens op het kiezen voor deze techniek, maar toch ga ik ermee door.’

Het werk van Loïs Dalou oogt hier en daar schmutzig, een beter woord is er niet voor. Je ziet bijvoorbeeld viezige vlekken van potloodvingers die de hele plaat verlevendigen. Ze maakt veel gebruik van patronen en texturen om zo vlakken te vullen, maar omdat die patronen ook in haar fijne dansende potloodlijnen zijn gemaakt beweegt de hele pagina mee.

‘Het allerleukste vind ik om onverwachte situaties te tekenen die ik heb meegemaakt. Zoals een vreemdeling die mij aansprak op straat of een rat die ik ergens heb zien wegschieten. Ook vind ik het erg leuk om mensen te interviewen en aan de hand van deze interviews werk te maken.’

Loïs Dalou illustreerde het Kakkerlakje Wat honden doen, met hondengedichten van Chr. J. van Geel, Rutger Kopland, Theo Olthuis en Kees Spiering. De gedichten zijn ontroerend en grappig – wondertjes van herkenbaarheid voor elke hondenliefhebber.

‘De honden die ik tekende zijn geïnspireerd op de hond van mijn ouders en de dingen die ik haar heb zien doen. Haar naam is Lotje, een Jack Russel van 14 jaar. Ook heb ik voor het boekje een aantal honden in een park bestudeerd.’

Werk van: Loïs Dalou