Over verlies en verlorenen die je door de tijd met je meedraagt.
Die naam die elk jaar blijft verschijnenen op de verjaardagskalender of in je agenda. Hij of zij zou vandaag jarig zijn geweest als de dood niet tussenbeide was gekomen. Of die ene datum die je onthield, waarop iemand haar nog ongeboren kind verloor.
Niet het moment voor een rouwkaart, maar hoe laat je toch weten dat je aan de achterblijvers denkt? Weken, maanden, jaren later nadat het gebeurde..
Marjolijn de Cocq schreef al vaker over rouw en ook voor dit Kakkerlakje putte ze uit haar eigen ervaring. Een almanak van afscheid. Omdat rouw komt en gaat als de getijden.
Almanak van afscheid
€ 7,99 incl. btwDe ontstaansgeschiedenis van Almanak van afscheid
Ik kreeg een uitnodiging die ik niet kon afslaan. Of ik twee nachten wilde verblijven in een verbouwde kerk in Oosterbierum voor een creatief verblijf. Beeldend kunstenaar Edith Brouwer en haar collega Daria Lavrova hadden de tot groepsaccomodatie verbouwde kerk, 'De Kraak van van Dam', een week afgehuurd om er cursussen te geven. Maar daarna bleven nog twee nachten en twee lege kamers over. Natuurlijk wilde ik.
door Marjolijn de Cocq
Naast mijn functie als chef boeken bij Het Parool werk ik aan een groot non-fictieboek dat in 2025 zal verschijnen bij De Bezige Bij – heel veel research en schrijfwerk waarbij het me ontbeert aan, wat Virginia Woolf zo uiterst noodzakelijk acht voor schrijfsters, a room of one's own. De ultieme plek viel me nu ten deel: een eigen kamer, in een kerk.
Maar in de aanloop naar die dagen in Oosterbierum, besefte ik dat de feitelijke schrijftijd die me werd geboden slechts een dag was. En dat er, met drie creatieve kerkgenotes, ook sociaal gedrag aan het verblijf te pas zou gaan komen. Dat ik, om daadwerkelijk te kunnen schrijven, ook mijn twee kratten papieren bronnen uit de vorige eeuw zou moeten meeslepen. Kortom: dat het Grote Boek niet zo geschikt was voor De Kraak.
Maar, dacht ik, misschien juist wel voor het Kakkerlakje waarover ik met Marije Sietsma had gehad, naar aanleiding van mijn boek Maar ik hield al wel van je (2020) over miskramen en rouw. Over hoe je verdriet met je meedraagt, ging ons gesprek, hoe dat verandert met de tijd. Terwijl het tegelijkertijd ook zo meedogenloos is hoe de tijd verstrijkt terwijl je zelf uit de pas loopt met het leven. En, het cliché, hoe verdriet ook slijt met de tijd.
Tikkende klok
Na aankomst in De Kraak, een zonnige maar ijskoude namiddag in april, werden gelijk de gelederen gesloten. Drie beeldend kunstenaars, een schrijfster. Een fles wijn, een gezamenlijke maaltijd, en daarna een fietstocht naar het wad om de zon in de zee te zien zakken. De wind raasde, het werd kouder, en dat zakken duurde – hoe mooi ook - best lang. Ik dacht na over de tijd, ik had voor het Kakkerlakje 'iets' met een tikkende klok in gedachten.
Na aankomst in De Kraak, een zonnige maar ijskoude namiddag in april, werden gelijk de gelederen gesloten. Drie beeldend kunstenaars, een schrijfster. Een fles wijn, een gezamenlijke maaltijd, en daarna een fietstocht naar het wad om de zon in de zee te zien zakken. De wind raasde, het werd kouder, en dat zakken duurde – hoe mooi ook - best lang. Ik dacht na over de tijd, ik had voor het Kakkerlakje 'iets' met een tikkende klok in gedachten.
Het was eb. En van tijd kwam ik op getijden en hoe ik daar eigenlijk niets van afwist. Vroeger, dacht ik, zou je zoiets opzoeken in een almanak. En ineens wist ik: Almanak van afscheid. Ineens toch nog snel ging de zon onder, vogelzwermen tekenden zich af tegen de horizon in het laatste licht, de vleugels op het strand van een eendenkarkas lichtten nog even op.
Getijden
De volgende morgen kroop ik aan mijn laptop - niet in mijn room of one's own maar aan de lange tafel met uitzicht op het kerkorgel. Om mij heen zwermden de anderen uit. Naar buiten, te koud. Weer naar binnen. Ik googelde getijen, om te ontdekken –ja, ik zal het ooit geleerd hebben maar ik wist het echt niet meer – dat een cyclus en en vloed 12,5 uur beslaat, twee dus 24,50 uur: uit de pas met onze dagen van 24 uur. Ik googelde almanakken, hun geschiedenis en hun inhoud: feestdagen, dienstregelingen, maanstanden, spreuken. En in mailde naar een fotograaf die gespecialiseerd is in wadvogels om te informeren naar de zwermen in april. Hij antwoordde per ommegaande.
De volgende morgen kroop ik aan mijn laptop - niet in mijn room of one's own maar aan de lange tafel met uitzicht op het kerkorgel. Om mij heen zwermden de anderen uit. Naar buiten, te koud. Weer naar binnen. Ik googelde getijen, om te ontdekken –ja, ik zal het ooit geleerd hebben maar ik wist het echt niet meer – dat een cyclus en en vloed 12,5 uur beslaat, twee dus 24,50 uur: uit de pas met onze dagen van 24 uur. Ik googelde almanakken, hun geschiedenis en hun inhoud: feestdagen, dienstregelingen, maanstanden, spreuken. En in mailde naar een fotograaf die gespecialiseerd is in wadvogels om te informeren naar de zwermen in april. Hij antwoordde per ommegaande.
En zo kreeg, tijdens die bijzondere dag in de kerk, mijn Almanak van afscheid vorm. Met de tekst die letterlijk op de dijk van Oosterbierum geschreven stond: Lit it gaen/Jou it oer/ Haw it leaf. Laat het gaan/ Geef het over/ Heb het lief. Daria Lavrova was erbij, die avond op het Friese wad die het Kakkerlakje nu zijn kleuren en beelden geeft. Dat zij de illustraties maakte, is nog een cadeau van De Kraak.
Tekst en beeld: Marjolijn de Cocq